Geen categorie

Ik voel me verdrietig in de Jacoba

De straat loopt leeg, wat zeg ik, Nederland loopt leeg. Zoals je op Maya Bay gespietst wordt door een speedboot bestuurd door een dronken toerist komen hier jonge stelletjes hun zondagswandeling maken. “Wat een schattige huisjes.” Gewapend in badjas met Gauloises en koffie als munitie groet ik. “Wat een vriendelijke mensen zeg, hier zeggen ze iedereen gedag.” Wenkbrauwen worden opgetrokken als vanachter mij Lilo luid en duidelijk krijst: “Krijg ik hier nog wat te eten!” Ik giet mijn restje koffie in de plantenbak. “Wat een mooie planten allemaal voor de deur he schat. Daar hebben ze dan wel geld voor”, fluistert ze erachteraan.

Ik voel me verdrietig. Dit is mijn straat, het is zondag en ik wil rust en daar hoef ik geen pottenkijkers bij. In de Jacoba wordt flink verbouwd, ze transformeert langzaam in een soort Rivierenbuurt. De meesten blijven niet langer dan twee jaar. Ze willen dan toch liever wat meer ruimte. Carrière, een huis, kinderen, nog meer carrière, nog meer ruimte en meer kinderen. Het gaat mij allemaal te snel. De oude Jacobastenen als kroongetuigen zullen vast wel wat te vertellen hebben als dat mogelijk zou zijn. Ik voel me verdrietig, dit is mijn straat. Ik sta hier in mijn badjas, Gauloises en koffie in de aanslag. Ik heb niks anders te doen, geen afspraken, geen verplichtingen. Van mij mag deze ochtend eeuwig duren. Kijkend hoe mijn plantjes opleven na een kille week. Van mij mag het nog even, en ook even wat langzamer. Lilo krijst weer vanachter mij. “Krijg ik nog etennn.” Er moet toch meer zijn dan dit? Demonstratief steek ik er nog een op. Ik voel me opgesloten en ik wil meer, er is meer en ik wil meer. Om de hoek verschijnt nog een zondagsstel. Nog ff zeg en ik bel de rijdende rechter! “‘T is hier verdomme de walking street of Pattaya niet!” “Nee mamma dit is de Jacobastraat.” “Ja schat, wat wil je eten?” We lopen naar binnen. Binnen is niet veel veranderd, de verjaardagsversiering werd kerstversiering en kerstversiering wordt paasversiering. Het aanrecht fungeert als archief, daar ligt mijn stempas. Het papier is geduldig maar de stemmer niet. Nog heel even geduld voor we swipend kunnen stemmen op licht–starend- gefocuste-blik-ontblote-Frans-met-puppy.

Meer, meer.. want de Jacobastraat loopt leeg, meer, meer.. want in de Jacoba wordt verbouwd, meer, meer. Ik zie de toekomst somber in en overweeg een yogales waarvan ik weet dat dat nooit gaat gebeuren. Buuf strompelt naar binnen bepakt met tassen zoekend naar haar telefoon, “Irien had jij nog een reserve sleutel?” “Auto, huis of fiets?” “Fiets.” “Nee. Neem mijn fiets maar.” De heks gluurt door het gordijn, voor mij wordt duivenvoer gestrooid en rechts klinkt prachtige vioolmuziek. Jemen heeft taart gebakken en van links krijg ik een verse koffie in mijn handen gedrukt.

 Ik voel me blij in de Jacoba

(Fotograaf Joost Blasweiler).